Er zijn veel verschillende soorten theorieën over het onstaan van criminaliteit:
- Biologische theorie: criminaliteit is aangeboren
- persoonlijkheidstheorie: Volgens de beroemde psycholoog Sigmund Freud is criminaliteit meer een gevolg van psychische stoornissen. Mensen die hun driften niet kunnen beheersen, worden volgens hem vaker crimineel. Kun je je driften niet goed beheersen, dan is de kans op crimineel gedrag groter.
- De bindingtheorie: Volgens wetenschapper Hirschi schuilt er in iedereen een 'geboren misdadiger'. Maar we gedragen ons netjes omdat we bindingen hebben die ons op het rechte pad houden. Denk maar aan de band met je familie, met je school, je werk of met je geloof. Deze bindingen vormen een soort rem op de criminele neigingen die iedereen voor Hirschi heeft. Pas als deze bindingen ontbreken, kunnen mensen crimineel worden. Iemand die geen school, werk relatie enzovoort heeft, wordt volgens Hirschi sneller een crimineel.
- De aangeleerd-gedragtheorie: Wanneer iemand criminaliteit 'leert' van bijvoorbeeld 'foute' vrienden, van zijn familie, omdat hij/zij in een buurt woont waar criminaliteit veel voorkomt.
- De anomietheorie: De anomietheorie zegt dat iemand sneller crimineel wordt als hij/zij er niet in slaagt zijn levensdoelen te bereiken.
- Combinatie: Veel onderzoekers gaan er de laatste jaren van uit dat crimineel gedrag een optelsom is van factoren.