In Nederland hebben we onafhankelijke rechters. Dit betekent dat een rechter niet bevooroordeeld mag zijn.
De onafhankelijkheid van de rechters is gewaarborgd doordat:
- een rechter voor het leven wordt benoemd en dus niet kan worden ontslagen
- het salaris is bij de wet geregeld
- het aantal rechters in elke rechtszaak staat van tevoren vast
Rechters worden bijgestaan door gerechtssecretarissen. Ze leggen schriftelijk vast wat er op de terechtzitting is gezegd: het proces-verbaal. Ook maken ze de vonnissen van de rechters op.
Er zijn verschillende soorten rechtbanken:
- Arrondissementsrechtbanken: is het laagste rechtscollege en houdt zich bezig met berechting van alle overtredingen en misdrijven. Deze rechtbank kent verschillende rechters:
- politierechter; lichte misdrijven van strafrecht.
- Kinderrechter; misdrijven door jongeren tussen 12 en 18 jaar.
- Kantonrechter; spreekt recht in kantons, berechtiging van overtredingen.
- Gerechtshof: belangrijkste taak is de rechtspraak van het hoger beroep. Er wordt rechtgesproken door een meervoudige kamer van drie rechters.
- Hoge raad: is het hoogste rechtscollege. Er is maar één Hoge Raad hier wordt gewerkt met kamers van drie tot vijf raadsheren. Verdachte is het hierbij niet eens met uitspraak van het hof, heet cassatie. Er wordt alleen gekeken of rechtsregels goed zijn toegepast.
Om de schuld van de verdachte tijdens de rechtszaak vast te kunnen zetten moet er aan de volgende voorwaarden moeten voldaan:
- dader is mens of rechtspersoon
- het ten laste gelegde feit is geheel bewezen
- het feit is strafbaar
- de dader is strafbaar, kan niet als dader bv. ontoerekeningsvatbaar is.
Een rechtszaak bestaat uit acht stappen:
1. Opening. (controleren van de gegevens van de verdachte, lezen van rechten)
2. Aanklacht (officier leest de aanklacht voor)
3. Onderzoek (rechter begint een onderzoek dmv bewijzen en verklaringen)
4. Verhoor van verdachte (eigen verklaring, ondervraging door de rechter, ondervraging door zijn eigen advocaat)
5. Requisitoir (verhaal van de officier, vragen om de eis)
6. Pleidooi (verdedigen van de verdachte door advocaat. Eventueel de officier daarop reageren, en daarop weer de advocaat)
7. Laatste woord (verdachte kan spijt betuigen, of aangeven hoeveel schade hij zal ondervinden van een eventuele straf)
8. Vonnis (de rechter doet uitspraak nadat hij het onderzoek heeft gesloten.
Kantonrechter en politierechter doen meteen na de rechtszitting uitspraak, bij de rechtsbank kan het 2 weken duren; schuldig met rechtsvervolging; schuldig zonder rechtsvervolging; onschuldig met vrijspraak.
Voor rechtshulp kan je terecht bij:
- Advocaat
- Bureau voor rechtshulp (advies bij kleinere zaken)
- Rechts- of wetswinkel (rechtenstudenten die gratis advies geven)